Een arbeidsdeskundig onderzoek geeft duidelijkheid over de arbeidsmogelijkheden en inzetbaarheid van een zieke werknemer. Dit onderzoek vindt meestal plaats tussen de 42e en 52e week van de ziekteperiode en richt zich in eerste instantie op mogelijkheden binnen de eigen organisatie. Een goed uitgevoerd arbeidsdeskundig onderzoek voldoet niet alleen aan de eisen van de Wet Verbetering Poortwachter, maar draagt ook bij aan een volledig en gedegen re-integratieverslag. Dit is van belang voor de beoordeling door het UWV en helpt loonsancties voorkomen.
De arbeidsdeskundige onderzoekt altijd eerst of terugkeer in de eigen functie mogelijk is. Daarbij worden de belasting van het werk en de belastbaarheid van het werk met elkaar vergeleken. Deze analyse wordt vastgelegd in een rapportage. Als terugkeer in de oorspronkelijke functie (tijdelijk) niet haalbaar is, bekijkt de arbeidsdeskundige of aanpassingen in het werk of andere functies binnen de organisatie mogelijk zijn. Dit heet re-integratie 1e spoor. Blijkt re-integratie in de eigen organisatie niet haalbaar is, dan wordt de mogelijkheden buiten de organisatie onderzocht: re-integratie 2e spoor. Voor dit twee spoor wordt vaak eerst een haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd om de kans van slagen goed in te schatten. Een arbeidsdeskundig onderzoek duurt gemiddeld 4 tot 6 weken. In deze periode worden gesprekken gevoerd, analyse gedaan en rapportages opgesteld.
Een arbeidsdeskundig onderzoek kan worden ingezet in de volgende situaties:
Tijdens het arbeidsdeskundig onderzoek worden onder meer de volgende werkzaamheden en documenten opgeleverd:
Kom in contact met re-integratieprofessionals in uw regio voor een arbeidsdeskundig onderzoek