Algemene Rekenkamer: blinde vlek voor WIA-fouten, stelsel moet eenvoudiger
03-12-2025- RedactieDe Algemene Rekenkamer concludeert dat het UWV jarenlang tekort is geschoten in de aansturing en controle rond de vaststelling van WIA-uitkeringen. De kritiek gaat volgens de Rekenkamer verder dan uitvoering alleen, omdat ook het stelsel zelf te complex is. Een fundamentele vereenvoudiging is nodig om fouten te verminderen en toezicht en begrip te verbeteren.

Wat er misging: sturing op wachtlijsten en aantallen
In september 2024 werd bekend dat tienduizenden mensen jarenlang een te hoge of te lage WIA-uitkering kregen door fouten bij het vaststellen van arbeidsmogelijkheden en de uitkeringshoogte. Volgens Pieter Duisenberg, president van de Algemene Rekenkamer, is er sprake van een veelvoud aan oorzaken, waarbij de aandacht vooral lag op het wegwerken van wachtlijsten. Daardoor kreeg het correct vaststellen van uitkeringen onvoldoende prioriteit en werd er politiek vooral op aantallen gestuurd, terwijl kwaliteit en controle minder scherp in beeld waren.Waarom de WIA volgens de Rekenkamer te foutgevoelig is
De Rekenkamer noemt de wet zeer complex en heeft de WIA eerder al als onuitvoerbaar bestempeld, met als conclusie dat vereenvoudiging noodzakelijk is. Een eenvoudiger stelsel moet het UWV helpen om beter uitvoerbaar te werken en minder fouten te maken, en maakt het voor politiek en toezicht beter controleerbaar. Ook voor mensen zelf vergroot het de begrijpelijkheid, zodat zij beter kunnen inschatten of een besluit klopt. Vanuit het veld is er steun voor vereenvoudiging, onder meer omdat dit fouten kan voorkomen en omdat betere begeleiding richting werk volgens betrokken partijen meer effect kan hebben dan alleen financiële prikkels.Waarom de jaren 2020-2024 extra kwetsbaar waren en wat herstel betekent
De meeste fouten zouden zijn gemaakt in de periode 2020-2024, waarbij de coronacrisis volgens de Rekenkamer een versterkend effect had doordat er minder kwaliteitscontroles waren en minder onderlinge afstemming en hulp. Daarbovenop speelden structurele knelpunten zoals verouderde IT-systemen en een langdurig tekort aan verzekeringsartsen, terwijl bij ongeveer een kwart van de beoordelingen uit die periode achteraf niet goed meer is na te gaan of de beoordeling juist was. De Rekenkamer is ook kritisch op het ministerie, dat volgens haar te weinig aandacht had voor de bedrijfsvoering bij het UWV en te afwachtend was bij het vereenvoudigen van regels. Volgens de Rekenkamer is bij 43.000 mensen mogelijk een fout gemaakt en zij zijn eerder dit jaar geïnformeerd, terwijl 3.000 mensen inmiddels bericht kregen dat er geen fout is vastgesteld en de rest in onzekerheid blijft zolang controles lopen. Het UWV schat dat mensen met een te lage uitkering gemiddeld 2.745 euro bruto te weinig ontvingen, met uitschieters tot ongeveer 25.000 euro, en de Rekenkamer vindt deze orde van grootte realistisch. Verder noemt de Rekenkamer ongeveer 400 mensen die vermoedelijk geen uitkering kregen terwijl zij er wel recht op hadden en circa 1.600 mensen die wel een uitkering kregen maar daar waarschijnlijk geen recht op hadden, waarbij eerder al is gemeld dat te veel ontvangen bedragen in principe niet worden teruggevorderd en te weinig ontvangen bedragen worden gecompenseerd. Omdat nabetalingen gevolgen kunnen hebben voor toeslagen werkt het UWV met het ministerie aan een regeling om nadelige effecten te voorkomen, en het UWV wil mensen pas definitief informeren als die regeling rond is. Volgens de huidige planning begint het UWV halverwege 2026 met het herstellen van verkeerd vastgestelde uitkeringen, wat voor mensen in re-integratie betekent dat inkomensonzekerheid en planning rond werkhervatting langer kunnen blijven doorwerken. Terug naar blog